Keuzemogelijkheden bij pensioen

U heeft een aantal keuzemogelijkheden als u met pensioen gaat. Deze keuzes maakt u eenmalig en kunnen achteraf niet worden gewijzigd.

Keuze 1: Eerder of later met pensioen

Eerder met pensioen

Standaard in onze pensioenregeling gaan wij er vanuit dat u pensioen ontvangt vanaf 68 jaar. U kunt ervoor kiezen om eerder met pensioen te gaan. U kunt al met pensioen vanaf de eerste dag van de maand waarin u 55 jaar wordt. Als u eerder dan 5 jaar vóór uw AOW-leeftijd met pensioen gaat, moet u een verklaring ondertekenen waarin u aangeeft uw werkzaamheden te beëindigen voor het gedeelte dat uw pensioen ingaat en geen andere betaalde werkzaamheden aangaat.

Als u pensioen opbouwt bij Pensioenfonds Pon en u wilt eerder een pensioenuitkering ontvangen, dan stopt uw pensioenopbouw eerder. Uw pensioen wordt hierdoor lager. Ook het partnerpensioen dat uw partner krijgt na uw overlijden wordt lager. 

Later met pensioen

U kunt ervoor kiezen het pensioen later in te laten gaan dan 68 jaar. Stelt u uw pensioen uit? Dan wordt het pensioen dat u ontvangt hoger. Het partnerpensioen dat uw partner ontvangt na uw overlijden wordt niet hoger. U kunt uw pensioen uitstellen tot uiterlijk 5 jaar na uw AOW-leeftijd.

Let op: Als u nog werkt bouwt u na uw 68e geen pensioen meer op.

Gedeeltelijk met pensioen

Het is mogelijk om voor uw 68e jaar minder te gaan werken. Voor het gedeelte dat u niet meer werkt, kunt u uw pensioen in laten gaan. Wij noemen dit deeltijd pensioen.

U laat uw pensioen (gedeeltelijk) eerder ingaan en u stopt (gedeeltelijk) met pensioen opbouwen. Deeltijd pensioen kan gevolgen hebben voor de hoogte van uw levenslange ouderdomspensioen en het partnerpensioen dat uw partner krijgt na uw overlijden.

Wilt u weten wat uw mogelijkheden zijn? Neem u dan contact met ons op.

Keuze 2: Een hoger of lager pensioen

Eerst hoog, dan laag

U kunt ervoor kiezen om de eerste paar jaar een hoger pensioen te ontvangen. Het hogere pensioen ontvangt u voor een periode die u vooraf bepaalt. Na de gekozen periode wordt het pensioen lager. Hier zijn wel voorwaarden aan verbonden: Het laagste pensioen mag niet minder zijn dan 75% van het hogere pensioen. Deze keuze heeft geen invloed op de hoogte van het partnerpensioen dat uw partner ontvangt na uw overlijden.

Eerst laag, dan hoog

U kunt ervoor kiezen om de eerste jaren een lager pensioen te ontvangen. U bepaalt vooraf voor welke periode u een lager pensioen ontvangt. Is deze periode afgelopen, dan wordt uw pensioen verhoogd. De voorwaarde is dat het laagste pensioen niet minder mag zijn dan 75% van het hogere pensioen. Deze keuze heeft geen invloed op de hoogte van het partnerpensioen dat uw partner ontvangt na uw overlijden.

AOW-overbrugging

Kiest u ervoor om met pensioen te gaan vóór u AOW ontvangt? Dan heeft u de periode voor uw AOW ingaat, waarschijnlijk een lager inkomen. U mag de periode dat u nog geen AOW ontvangt, gebruik maken van de mogelijkheid om uw pensioen te verhogen. Op deze manier overbrugt u de periode dat u nog geen AOW heeft. Als u AOW gaat ontvangen wordt uw pensioenuitkering lager.

Neem contact met ons op om na te gaan wat de voorwaarden zijn om gebruik te maken van AOW-overbrugging.

Keuze 3: Meer of minder pensioen voor uw partner

Partnerpensioen inruilen voor een hoger ouderdomspensioen

U heeft de mogelijkheid om het pensioen dat uw partner ontvangt na uw overlijden te gebruiken om uw eigen pensioen te verhogen. Dit kunt u doen als u bijvoorbeeld geen partner heeft of als uw partner niet afhankelijk is van uw inkomen. U kunt het volledige partnerpensioen inruilen, dan is er geen partnerpensioen voor uw partner na uw overlijden. U kunt ook een gedeelte van het partnerpensioen inruilen. Op deze manier blijft er een lager partnerpensioen voor uw partner over na uw overlijden. Heeft u een partner, dan maakt u deze keuze samen met uw partner.

Ouderdomspensioen inruilen voor een hoger partnerpensioen

Wilt u dat uw partner na uw overlijden een hoger partnerpensioen ontvangt? Dan kunt u een deel van uw ouderdomspensioen ruilen voor een hoger partnerpensioen. Uw ouderdomspensioen wordt hierdoor wel lager. Voorwaarde hiervoor is dat het partnerpensioen na verhoging niet meer bedraagt dan 70% van het salaris waarover uw pensioen opbouwt en niet hoger is dan 100% van het ouderdomspensioen.

Meer informatie over het aanvragen van uw pensioen vindt u hier.